TROUW
Het Pauperparadijs is terug met parallellen tussen paupers en toeslagenontvangers.
★★★★
“Nu volgen een paar 19e-eeuwse scènes vol erbarmelijke omstandigheden. Gevoelige mensen moeten maar even ogen en oren sluiten. Bedenk dat de gegoede burgerij dat toen ook deed.”
Verteller Gusta Geleijnse heeft eerst het publiek vrolijk Bij ons in de Jordaan laten zingen, waarna inderdaad miserabele beelden volgen van de Amsterdamse sloppenwijken waarbij het ensemble een tragische variant op het bekende Jordaanlied zingt. Meteen duidelijk: deze voorstelling zet je aan het denken.
Het Pauperparadijs is terug. Het waargebeurde verhaal over een idealistische generaal (Johannes van den Bosch) met een megalomaan plan om armoedzaaiers, bedelaars en wezen, zoals die in de Jordaan, in Drentse kolonies te heropvoeden: goed bedoeld, desastreus uitgepakt. Want: geldtekort, wanbeleid, machtsmisbruik en daardoor ziektes, ellende en gefrustreerde paupers die bijna nooit weg kwamen uit die kolonies. En als wel, dan leden ze onder vernederende stigma’s. Dus er werd over gezwegen.
Totdat Suzanna Jansen in 2008 haar boek Het Pauperparadijs publiceerde over deze paupers van wie een paar haar voorouders bleken te zijn. Een belangrijk verhaal over onze geschiedenis waarover Tom de Ket in 2016 de gelijknamige spektakelvoorstelling maakte die in een voormalige kolonie in Veenhuizen zelf speelde. Een geniale zet. Na enkele reprises daar en in Carré speelt de voorstelling nu in Leusden.